De griffon boulet is een mogelijk uitgestorven hondenras, waarvan hoe dan ook sinds 1984 geen enkele hond meer in het stamboek is ingeschreven. De griffon boulet werd gehouden als jachthond en als gezelschapshond. Hoewel de griffon boulet ooit een mooie toekomst werd toegedicht, is er maar opvallend weinig informatie over bekend en stierf het hondenras een stille dood.
Uiterlijke kenmerken van de griffon boulet
Voor een omschrijving van het uiterlijk van de griffon boulet wordt vaak gekeken in de richting van de in 1894 opgestelde rasstandaard door prof. dr. A. Reul. Hoewel het woord rasstandaard misschien iets te ruim is voor zijn elementaire beschrijving van de raskenmerken, maakt het toch een aantal zaken duidelijk. Zo heeft de griffon boulet een zachtere haarstructuur dan bijvoorbeeld de griffon korthals. Ten opzichte van andere Duitse langharige honden vielen vooral zijn forse wenkbrauwen en het lang haar op zijn snuit op. Verder had de griffon boulet een eerder wat lange nek, een brede diepe borst en een blonde of bruine neus. De oren dienden te hangen en waren laag aangezet.
De kleur van de griffon boulet was eenkleurig kastanjebruin, maar een enkele, kleine, witte borstvlek werd toegestaan. In de oude teksten wordt de vacht van de griffon boulet als volgt omschreven: “als van dorre bladeren bruin, met of zonder wit, nimmer met zwart of met oranje.” In ieder geval moest de vacht halflang zijn en zonder glans. Zowel een gladde als een golvende vacht kwamen voor, maar nooit gekruld.
De griffon boulet had een schofthoogte van 55 tot 60 cm. Vrouwtjes waren net iets kleiner en maten wellicht eerder 50 tot 55 cm. De griffon boulet woog zo’n 25 kilogram.
In de klassieke literatuur werden griffons als ‘boers’ omschreven – tegenwoordig houden we het eerder bij ‘werkhond’. Ook dit kan een idee geven van de uiterlijke kenmerken van de griffon boulet. Wie echter een nog beter beeld wil krijgen van het uiterlijk van de griffon boulet, moet een bezoek brengen aan het kleine Musée Municipale d’Histoire Naturelle in Elbeuf, waar een opgezet exemplaar terug te vinden is.
Karakter van de griffon boulet
De griffon boulet werd vaak gebruikt als jachthond, maar over zijn geschiktheid hiervoor zijn de meningen verdeeld. In elk geval is veelvuldig geschreven dat de griffon boulet jaagt met een hoge kophouding en vooral geschikt was voor de jacht op waterwild. De griffon boulet werd anderzijds ook gewoon als gezelschapshond gebruikt.
Het is echter moeilijk om een duidelijke karakterbeschrijving van de griffon boulet te vinden en de beschrijvingen zijn vaak tegenstrijdig. Over het algemeen hebben ze wel met elkaar gemeen dat ze de griffon boulet omschrijven als kalm, aanhankelijk en een aangename metgezel.
Beweging
Hoewel de griffon boulet ook vaak als gezelschapshond werd gebruikt, geven bronnen aan dat de griffon boulet een vrij grote energiebehoefte had. Het was dus zeker geen hond die zomaar in huis kon worden gehouden.
Omgang met kinderen en andere dieren
Door zijn aangenaam en zacht karakter wordt aangenomen dat de griffon boulet het goed deed met kinderen. Zijn jachtinstinct maakte de griffon boulet echter minder geschikt om samen te leven met kleine huisdieren. Ten opzichte van andere honden zijn weinig problemen beschreven.
Geschiedenis van de griffon boulet
Voor de geschiedenis van de griffon boulet kijken we in de richting van zijn schepper, de Fransman Emmanuel Boulet. Over hem is er bijster weinig bekend. Hij zou in 1840 in Elbeuf (Normandië) geboren moeten zijn. Ook zou hij behoren tot de zeer gegoede klasse en had hij een textielfabriek in Elbeuf. In ieder geval had hij daarnaast ruimschoots voldoende tijd om te jagen en honden te fokken.
In de jaren ’80 van de negentiende eeuw was de griffon een echt begrip onder de jagers en het wekte dan ook de interesse van Emmanuel Boulet. Hij streefde naar een echte plattelandshond en zou bij zijn fokprogramma gestart zijn van de bestaande griffons. Hij wilde daarbij eenkleurige, bruine honden bekomen. Dit omdat reeën veel te schrikachtig reageren op zijn honden die wit met bruin waren.
Door zijn zorgvuldige selectie kwam hij uiteindelijk tot een eigen ras dat hij ook naar zichzelf vernoemde. Tot de voorouders van de griffon boulet behoren sowieso de barbet en de griffon korthals. Daarnaast worden soms ook de poedel, de beauceron en de briard genoemd. Dit laatste zou onder andere gebaseerd zijn op het feit dat Emmanuel Boulet ook met briards fokte.
Met zijn nieuwe griffon boulet nam Emmanuel Boulet deel aan diverse exposities. Vooral zijn Diavolo, Myra en Marco scheerden hoge toppen. Uiteindelijk kreeg Emmanuel Boulet op de Parijse tentoonstelling van 1887 dan ook een onderscheiding voor zijn verdiensten als fokker. Zijn honden zijn onder meer beschreven in het boek ‘Hondenrassen’ van graaf Henri Adrien van Bylandt. In dit werk zijn ook tekeningen van Emmanuel Boulet zijn honden terug te vinden.
In 1882 werd de Franse Kennel Club opgericht en de eerste hond die op 11 maart 1885 werd ingeschreven, was een griffon boulet van Emmanuel Boulet. Meer nog: de tien eerste honden in het Franse stamboek waren allemaal griffon boulets. Laat dit duidelijk zijn waarom de griffon boulet zo’n symbolische waarde heeft in Frankrijk en ze het hondenras niet te snel uitgestorven willen noemen.
Emmanuel Boulet verwierf rond deze periode steeds meer faam. Het zette Nicolaas van Rusland, toen nog groothertog en later de laatste tsaar van Rusland, ertoe aan om in 1887 een bezoek te brengen aan zijn kennel. In 1888 bezocht Sadi Carnot, de vierde president van de Derde Franse Republiek, zijn textielfabriek. Daarbij overhandigde Emmanuel Boulet hem nog een met het haar van zijn honden geweven geschenk. Dit alles stond groot geportretteerd op de voorpagina’s van de Franse kranten.
Wie dit allemaal leest, kan niet anders dan vermoeden dat de griffon boulet een mooie toekomst tegemoetzag. De realiteit was uiteindelijk anders. Qua populariteit bleef de griffon boulet altijd onderdoen voor onder meer de Duitse staande honden. Het bleef altijd een zeldzaam hondenras. De opkomst van andere hondenrassen in Frankrijk, zoals de Engelse pointers, bleek de doodsteek te zijn. Vrijwel niemand bekommerde zich nog om het ras en langzaamaan verdween het dan ook. Philippe Séguéla heeft nog even, zonder succes, pogingen ondernomen om het hondenras te reconstrueren, maar sinds 1984 is er uiteindelijk geen enkele griffon boulet meer in het stamboek ingeschreven. Dit doet vermoeden dat het hondenras definitief is uitgestorven.
Er zijn een aantal onderzoeken uitgevoerd naar mogelijke nakomelingen in Rusland, maar dit telkens zonder succes. In Frankrijk durven ze het hondenras desondanks niet uitgestorven te noemen en houden ze het op ’très rare’. Er zijn bovendien nog steeds ruim tien personen die de griffon boulet officieel mogen keuren. Je weet maar nooit dat er uiteindelijk toch nog eentje opduikt, lijken ze te denken. Hoe dan ook geven tegenwoordig ook steeds meer Franse bronnen aan dat het beestje niet meer leeft.
Een reactie achterlaten